A FLEUR DE PEAU Benoît Goupy
Benoît Goupy
“A fleur de peau”
7 december 2002 t/m 4 januari 2003
Onder de titel “A fleur de peau” toont beeldend kunstenaar Benoît Goupy (Poitiers 1964, Frankrijk) zijn installatie van 7 december 2002 tot en met 4 januari 2002 in galerie Sign te Groningen.
Met de keuze van Benoît Goupy wil Sign haar ruimte niet gebruiken in de traditionele zin d.w.z. een plek waar je iets neerzet of ophangt. De plek zelf wordt het kunstwerk, de bezoeker staat er midden in en de ruimte kan op meerdere manieren ervaren worden door te zien, te voelen, te horen en te ruiken.
Benoît Goupy houdt zich bezig met ‘environmental art’ Hij accentueert de ruimte, in het bijzonder de muren zelf. Hij reageert op barsten, oneffenheden, hoeken, doorgangen e.d. Hij vormt een grillig netwerk van al of niet gloeiende stroomdraden, krast en hakt in de muren, en laat schroeiplekken ontstaan. Ook laat hij subtiele geluiden van de elektrische, natuurkundige processen een rol spelen in de beleving van de ruimte c.q.installatie. In feite grijpt hij terug op klassieke elementen. Naast de hitte van de gloeidraden die op onverwachte momenten oplichten en doven, is ook het proces van bevriezing onderdeel van de tentoonstelling. Warmte en koude zijn letterlijk voelbaar. Verleiding en terughoudendheid staan naast elkaar.(de schoonheid van de gloeiende draden contrasteert met de elektrische spanning die erop staat).
Benoît Goupy is in juni 2002 afgestudeerd aan de Rietveld Academie te Amsterdam. Hij heeft o.a. de Gerrit Rietveld prijs (interne prijs) ontvangen, is genomineerd voor de Shell Young Art Award en heeft onlangs geëxposeerd (groepsexpositie) bij galerie Fons Welters Amsterdam.
“Ik situeer mijn onderzoek binnen een ruimte en een tijdsduur die ontsnapt aan onze gewone alledaagse perceptie. Een plek die ik herken in Gilles Deleuze’s verzamelde, samengestelde punten. Een ruimte waar kleuren, geluiden en geuren op elkaar reageren (Baudelaire). Waar at random (of niet?) bij toeval elementen naast elkaar bestaan, elkaar ontmoeten waaruit vervolgens in een fractie van een seconde iets anders ontstaat. Een moment waar magie te voorschijn komt die de geest opent, waar emoties aan de oppervlakte komen, waar leven ontstaat en stoffelijk wordt. Ik experimenteer met dit vluchtige moment dat ik fysiek maak en tracht te vangen. Mijn werk is een eindeloze herhaling van dit pogen.
In “catch the light” toon ik deze houding om de mentale voorwaarden van mijn werk kenbaar te maken. In dit werk probeer ik het beeld op het scherm met behulp van een videorecorder te stoppen op het moment dat de lucifer is afgestreken en ontvlamt. Wanneer ik daarin slaag stop ik, en begin opnieuw.
Ik beschouw mijn gebouwde installaties en objecten niet als een resultaat of een doel. Ze zijn slechts een middel, een voertuig om toegang te verschaffen tot de magie van de plek. Of ze nu werken of niet, ik laat ze achter in de ruimte als een spoor van mijn poging, en ik probeer het opnieuw: een ander experiment met een ander middel. Om dit moment te rekken wil ik meer en meer het publiek doordringen van de magie van de ruimte.
Het werk A fleur de peau (2002) is een installatie die als een zenuwstelsel door de hele ruimte loopt. Het zenuwstelsel van de ruimte zelf (in dit geval Sign). De ruimte wordt een levende plek dragend in en op zijn huid (de muren) en binnen zijn architectuur de sporen van zijn geschiedenis, van zijn functie en van de mensen die er hebben gewerkt, gedacht, gewanhoopt en succes hebben gekend en tenslotte mijn eigen sporen. De installatie is bijna onzichtbaar. Ze verschijnt hier en daar maar niet overal, zoals de aderen onder de huid (zinnen, woorden, warmte, kleuren, het druppelen van water). Alles hier is ‘A fleur de peau’ (op de rand). Soms laat zij ons de plekken of details zien die normaliter aan onze aandacht ontsnappen. Soms doet ze ons de muren naderen om te lezen, te voelen. Het brengt ons tot een intimiteit met het gebouw. Dingen verdwijnen en doemen op als een reactie op mensen en als een antwoord op elkaar. Gebruikte materialen: gloeiende draad (kleur en warmte), vonken, licht, geur,water–gelijkend materiaal, waterdruppels, naalden, tekst direct geschreven op of gekerfd in de muur.“
Benoît Goupy 2002
BENOIT GOUPY
engels;
I situate my research within a space and a duration that escapes our usual, everyday perceptions. A space I recognize in Gilles Deleuze’s assembly points. A space where the colors, the sounds and the perfumes answer each other (Baudelaire). Where, at random (or not?), by coincidence, elements coexisting with each other, meet to give birth, in a split moment of time, to something else. A split moment where magic appears, the mind opens, skin-deep emotions appear. Where life appears and becomes physical. I try to experience this fleeting moment which I attempt to make physical and catch it. My work is an endless repetition of this attempt.
In the work Try to catch the light I show this attitude with regard to the mental condition of my work. I try to stop the image on the screen (with a video player) at the moment the match is struck and light appears. when I succeed, i give up and try again.
I don’t consider the objects and installations I build up as a result or a goal. They are only a tool, or a piece of the vehicle to access the magic environment. Wether they work well or not, I leave them in the space as a trace of my attempt and I try again; another experience with another tool. Trying to extend this moment, I try more and more to immerse the audience into the magic of this space.
A fleur de peau (on edge)
the work A fleur de peau (2002) is an installation I try to build up throughout the space as a nervous system. The nervous system of the space itself. The space becomes a place alive bearing in its “skin” (the walls) and its architecture many traces of its origins, of its functions and of the people who worked here, thought, despaired and succeed and finally my own traces. The installation is almost invisible. It appears here and there but not everywhere, as the veins under our skin (text, words, warmth, colors, water dripping or liking). Everything here is “a fleur de peau” (on edge). Sometimes it gets us to look at locations or details that would escape normally our regard. Sometime it gets us to come close to the wall to read, to feel. It gets us to an intimacy with the building. The things appear and disappear as a reaction to the people and answer each other.
Material: incandescent wire (colour and warmth), sparks, light, smell, water dripping, water liking, needles, text (directly written on the wall or carved).
Benoît Goupy