YOUNG COLLECTORS #2: Johan Delcour & Monia Warnez (BE)

YOUNG COLLECTORS

Serie van drie exposities met werk uit de collecties van jonge collectioneurs uit Duitsland, België en Nederland, inclusief lezingen, een symposium en discussies over de plaats, functie en betekenis van jonge verzamelaars in de kunstwereld. Young Collectors wordt georganiseerd door curatoren Lennard Dost en Mare van Koningsveld in samenwerking met SIGN.
Young collectors stelt de verzamelaar (tot 40 jaar) zelf centraal met aandacht voor diens collectie en zienswijze en de context waarbinnen hij opereert. De geselecteerde verzamelaars geven een goed divers beeld met een internationale dimensie. Wie zijn dat eigenlijk, die jonge verzamelaars, en hoe verhouden zij zich tot het museum, de galerie en het ideële kunstinitiatief? Hoe zien hun collecties eruit, wat drijft hen tot hun keuzes? Wat is hun invloed? Welke netwerken gebruiken ze, wat is de dynamiek en communicatie? “Young Collectors” laat de jonge verzamelaar aan het woord en geeft inzicht in zijn wereld.

Young Collectors #1: Christian Schwarm (DE) oktober/ november 2009
Young Collectors #2: Johan Delcour & Monia Warnez (BE) maart/ april 2010
Young Collectors #3: Jaring Dürst Britt & Alexander Mayhew (NL) oktober 2010
+ 17 april 2010: Symposium “Art Collecting during the Monetary Crisis”
Met bijdragen van Kai van Hasselt, Renée Steenbergen en Pim van Klink, moderator: Raymond Frenken
Locatie: Het Paleis, Erlenmeyerzaal, Boterdiep 111, Groningen: 13-18 uur, entree € 5,-

Young Collectors #2: Johan Delcour & Monia Warnez (BE)

13 maart t/m 25 april 2010
Met op 13 maart:
15.00 uur: Gesprek Johan Delcour, Monia Warnez en Tanguy Eeckhout, Singelzaal, Radesingel 6 Groningen
17.00 uur: Opening expositie Sign Winschoterkade 10, Groningen.

Voor deze tweede expositie van Young Collectors tonen Johan Delcour (BE, 1970) en Monia Warnez (BE, 1974) een gedeelte van hun collectie. Delcour en Warnez zijn in het dagelijks leven eigenaar van fotolab Fotorama. Als curator waren zij verantwoordelijk voor de expositie Amusez Vous in Galerie Koal (Berlijn), over de betekenis van entertainment in onze huidige samenleving (met werk van o.a. Stephan Balleux, Wesley Meuris en Michael Aerts). Dit jaar stellen ze een expositie samen voor het Internationaal Fotofestival in Knokke-Heist, met werk van fotografen die op een individuele en boeiende manier omgaan met de commerciële illusie zoals geschetst door de reclamewereld. In Sign tonen Delcour en Warnez werk van: Jana Gunstheimer (DE), Michaël Aerts (BE), Sascha Weidner (DE), Artists Anonymous, (DE/GB), Norbert Bisky (DE), Léon Vranken (BE), Anneke Eussen (NL), Kati Heck (BE/DE) Adam Leech (BE/USA), Léopold Rabus (CH), Joris Van de Moortel (BE), Veronica Brovall (SE), Stephan Balleux (BE).

Extra:
13 maart om 15.00 uur: Singelzaal, Radesingel 6 Groningen:
Gesprek tussen Johan Delcour, Monia Warnez en Tanguy Eeckhout (1980 BE), over de collectie van Delcour en Warnez, over het verzamelklimaat in België en de verhouding tussen museum/ curator en verzamelaar.
Tanguy Eeckhout is artistiek-wetenschappelijk stafmedewerker in het museum Dhondt-Dhaenens in Deurle (BE).

Young Collectors wordt mede mogelijk gemaakt door:
Mondriaan Stichting, Kunstraad Groingen, gemeente Groningen, Stichting Het Roode-of Burgerweeshuis, SNS Reaal Fonds, Ben Remkes Cultuur Fonds

english
YOUNG COLLECTORS

A series of three exhibitions with works from the collections of young collectors from Germany, Belgium and the Netherlands, including lectures, a symposium and discussions about the function and meaning of young collectors and their approach towards collecting and the art-world. Young Collectors is curated by Lennard Dost and Mare van Koningsveld in cooperation with Sign.
With Young Collectors the collector himself (under 40) will be in the limelight. The project pays attention to his collection, his point of view and the context in which he operates. The selection of collectors gives an interesting idea of diversity with an international dimension. Who are these young collectors? What do their collections look like, what motivates their choices. What is their influence, what is the dynamic and communication? How do they relate to a museum, a gallery or the idealistic art-initiative? “Young Collectors” lets the collector speak for himself and gives an insight in his world.
Young Collectors #1: Christian Schwarm (DE) October/November 2009 
Young Collectors #2: Johan Delcour & Monia Warnez (BE) March/April 2010 
Young Collectors #3: Jaring Dürst Britt & Alexander Mayhew (NL) October 2010
+ 17 april 2010: Symposium “Art Collecting during the Monetary Crisis”
With contributions of Kai van Hasselt, Renée Steenbergen, Pim van Klink, moderator: Raymond Frenken
Location: Het Paleis, Erlenmeyerzaal, Boterdiep 111, Groningen: 1-6 p.m., entrance € 5,-

Young Collectors #2: Johan Delcour & Monia Warnez (BE)
13th of March through 25th April 2010
on March 13:
15.00 hrs. Conversation Johan Delcour, Monia Warnez and Tanguy Eeckhout, Singelzaal, Radesingel 6, Groningen
17.00 hrs. Opening exhibition: Sign, Winschoterkade 10, Groningen.

In this second exhibition, Johan Delcour (BE, 1970) and Monia Warnez (BE, 1974) will show art from their collection. In daily life, Delcour and Warnez are owners of photolab Fotorama. As curators they were responsible for the exhibition Amusez Vous in Gallery Koal (Berlin), about the meaning of entertainment in our present society (with works of a.o. Stephan Balleux, Wesley Meuris and Michael Aerts). Later this year, they are curating a show for the International Fotofestival of Knokke-Heist (Belgium), in which photographers reflect on the illusion which is created by the commercial industry. In Sign, Delcour and Warnez will show work of: Jana Gunstheimer (DE), Michaël Aerts (BE), Sascha Weidner (DE), Artists Anonymous, (DE/GB), Norbert Bisky (DE), Léon Vranken (BE), Anneke Eussen (NL), Kati Heck (BE/DE) Adam Leech (BE/USA), Léopold Rabus (CH), Joris Van de Moortel (BE), Veronica Brovall (SE), Stephan Balleux (BE).

Extra:
13 March at 15.00 hrs: Singelzaal, Radesingel 6, Groningen:
Conversation between Johan Delcour, Monia Warnez and Tanguy Eeckhout (1980 BE), about the collection of Delcour and Warnez, about the collectors´ environment in Belgium and the relationship between museum/ curator and collector. Tanguy Eeckhout is artistic scientific staff member of the museum Dhondt-Dhaenens at Deurle (B).

Kunstenaars

Joris Van de Moortel
In zijn werk transformeert Joris Van de Moortel (1983, Gent) onderdelen van zijn atelier tot autonome sculpturen. De deur fungeert vaak als toegangspoort, en wordt zo symbool voor het al dan niet toegang hebben of krijgen tot de gedachten van de kunstenaar. In SIGN toont Van de Moortel de installatie “It´s Burning”, een maquette van een afgebrande ruimte. Van de Moortel heeft de deur dit keer wagenwijd opengezet, en nodigt de toeschouwer uit om een blik naar binnen te werpen. De videoprojectie op de muur toont de verwoesting die heeft plaatsgevonden.
Jana Gunstheimer
Bij monde van de fictieve organisatie Nova Porta bekritiseert Jana Gunstheimer (1974, Zwickau) de individualisering van de maatschappij. Tegelijkertijd is het werk van Gunstheimer een persiflage op bureaucratie en overheidsbemoeienis: op de website van Nova Porta is te lezen dat Gunstheimer mensen in een reservaat bestudeert bij wie PWSF (people without a social function) is vastgesteld. Het werk ‘Fanny’ (2008) bestaat uit een aantal documenten en een paar aquarellen die doen denken aan foto’s van een plaats delict. De afbeeldingen en teksten zijn de stille getuigen van het treurige lot van een PWSF-slachtoffer.
Léon Vranken
“Never mind the steps”. Eigenlijk is het een behoorlijk misleidende titel. Als toeschouwer moet je juist uitermate goed uitkijken waar je loopt. Voordat je het weet stoot je in de galerie tegen de dunne stalen buis die de ballonvorm tegen het plafond drukt. De verbeelding staat bij Léon Vranken (1975, Maaseik) behoorlijk onder druk. Eén verkeerde beweging, en het kunstwerk knalt uit elkaar.
Veronica Brovall
De Zweedse kunstenaar Veronica Brovall (1975, Falun) reflecteert met de collagereeks ‘Essen, Essen, Essen’ (2005-2007) op de hebzucht en gulzigheid van onze hedendaagse consumptiemaatschappij. In de collage die in Sign wordt getoond, heeft een oog met tanden net een auto verorberd. Het kijkt alweer reikhalzend uit naar de volgende auto, die alvast in hapklare brokken wordt gesneden.
Adam Leech
Leech (1973, San Diego) film “Speech Bubble” (2008) is geïnspireerd op het faillissement van het vooraanstaande Belgische spraakherkenningscentrum Lemaut & Hauspie. De hoofdpersoon probeert uit te leggen wat het faillissement voor gevolgen heeft, zowel op persoonlijk als op sociaal-economisch vlak. Ondanks het enthousiasme waarmee hij vertelt, en de grappige stemmen die hij gebruikt, spreekt uit het relaas een hoop eenzaamheid. Leech is met name geïnteresseerd in het falen van economische instituties en bedrijven, en de psychologische gevolgen daarvan voor de mens.
Anneke Eussen
Anneke Eussen (1978, Kerkrade) maakt foto’s, objecten en tekeningen. Niet zelden spelen meisjesfiguren hierin een belangrijke rol. De tekeningen-serie Paper Warriors (2007) is daarop geen uitzondering. De ‘papieren strijders’ zijn in dit geval vijf meisjes en een jongen die met hun dierlijke attributen (vogels, een hertje of een hond) lijken op heidense goden. In ondergoed of half ontbloot staren ze je strijdbaar, verleidelijk of juist een beetje verlegen aan. De kinderen hebben de rollen en eigenschappen van volwassenen overgenomen: groter kan het contrast bijna niet zijn.
Frederik van Simaey
De kunst van Frederik van Simaey (1979, Kortrijk) laat zich lezen als poëzie. De vlag die aan de buitengevel van SIGN is bevestigd, zal bij de meeste mensen nauwelijks in het oog springen. De vorm veroorzaakt hoogstens een kleine rimpeling aan het oppervlak. Speels wordt de kussensloop heen en weer geblazen door de wind. Simaey lijkt ermee te willen zeggen dat kunst geen autonoom gegeven is, maar alleen kan functioneren als ze een relatie aangaat met de wereld om ons heen. Er moet wind onder de “parachute” komen. Pas dan zal de kunst een vlucht nemen.
Stephan Balleux
De schilder Stephan Balleux (1974, Brussel) houdt zich naast schilderen ook bezig met fotografie en 3D-technieken. Maar het is steeds de schilderkunst die centraal staat. In de eerste plaats door het citeren van de kunstgeschiedenis in zowel vorm (het tondo-schilderij uit de Renaissance) als inhoudelijk (het vanitas-schedeltje). Daarnaast is de schilderkunst ook letterlijk aanwezig: de verf is het schildermateriaal, maar ook de geschilderde materie en een studie-object in zijn 3D werk. Dit levert humoristische, maar soms ook verontrustende beelden op, zoals bijvoorbeeld de geschilderde ‘verfkoppen’ die bijna vleselijk aandoen of een jongensfiguur die afgezien van zijn ‘verminkte’ gezicht normaal is afgebeeld.’The Portrait’ (2007) toont Dorian Gray voor zijn portret. Gray, een romanpersonage van Oscar Wilde, blijft eeuwig jong terwijl zijn beeltenis zijn ware leeftijd en gebreken laat zien.
Sascha Weidner
De foto ‘Heilige Maria II’ (2005) van Sacha Weidner (1976, Osnabrűck) roept vele vragen op. Is het toeval dat het jasje dat over de lamp werd gegooid de vorm van Maria aanneemt? Waar is deze foto genomen? En verwijst het ‘II’ uit de titel naar de heilige, naar een eerder werk of is het een letterlijke verwijzing naar de talloze verschijningen van Maria? Weidner geeft met zijn foto’s van personen en objecten uit zijn omgeving – soms toevallig gemaakt, soms in scene gezet – een draai aan de werkelijkheid. Niet door het gebruik van photoshop of andere technieken, maar door de foto’s uit zijn archief naast elkaar te plaatsen of een veelzeggende titel toe te voegen. Het is aan de toeschouwer om de hem bekende beelden van nieuwe betekenissen of verhalen te voorzien.
Norbert Bisky
De grote doeken van Norbert Bisky (1970, Leipzig) worden bevolkt door mooie jonge jongens in zoete fantasiewerelden. Het is de beeldtaal van het Oost-Duitsland waarin Bisky opgroeide. Als kind ervoer de kunstenaar de DDR-tijd als een fijne periode, maar later merkte hij dat de waarden en normen van die maatschappij misleidend waren. Bisky vermengt daarom de zoete beeldtaal van de DDR-propaganda met uitspattingen van seksualiteit en geweld.
Michael Aerts
Obelisken gemaakt van flightcases (normaal gesproken bedoeld om muziekinstrumenten in te vervoeren), en bustes van gevallen heersers die weer op hun voetstuk werden getild. Michael Aerts (1979) zinspeelde tijdens zijn expositie in Vlaams Cultuur Centrum De Brakke Grond (Amsterdam) vorig jaar niet alleen op bescherming van cultuur en verspreiding van de macht, maar hield tegelijk ook een overtuigend pleidooi voor een herwaardering van de Westerse cultuurgeschiedenis, en diens symbolen. Tegenover de rijke cultuur van vroeger zette Aerts de lege SM-cultuur van nu. De boodschap: terwijl we vroeger in vervoering werden gebracht door religie en kunst, gaan we nu voor fysiek genot. Het hedonisme was in De Brakke Grond verpakt in een meeslepende scenografie van licht en rook. In SIGN toont Aerts BOX 1; een obelisk die op een flightcase is geplaatst. Terwijl dit soort monumenten normaal gesproken is bedoeld voor een specifieke locatie, is het gedenkteken van Aerts mobiel: hij kan à la minute op transport worden gezet.
Léopold Rabus
In de wonderlijke, cartooneske schilderijen van Léopold Rabus speelt het landschap waar hij is opgegroeid, in de buurt van Neuchâtel (Zwitserland), een belangrijke rol. Rabus neemt de plaatselijke gewoontes en tradities van zijn dorpgenoten als uitgangspunt, en laat de wereld vervolgens op hol slaan. Jachttaferelen monden uit in orgies van geweld, een jong meisje wordt betast achter een donker schuurtje en kinderpartijtje leiden tot heftige seks. Als je realiseert dat Rabus de dorpelingen afbeeldt, en de scènes laat plaatsvinden tegen de achtergrond van de omgeving waar hij is opgegroeid, ga je er bijna meer achter zoeken..
Kati Heck
“Ich weiB nichts von Geschichte, ick kenne nur Geschichten” (Ik weet niks van geschiedenis, ik ken alleen verhaaltjes”). Het is een typerende uitspraak voor Kati Heck (1979, Dusseldorf), die met haar kunst ironisch commentaar levert op de actualiteit. Het Verlichtingsideaal kan bij Heck definitief de ijskast in; de mens blijkt helemaal geen beschaafd wezen, maar is een ongecontroleerde homp vlees (Heck schildert hem vaak af als worst) die zich laat leiden door lusten en angsten. Hij is eenzaam, en verdoet zijn tijd met seks, bier drinken en spelletjes poker. De spiegel waarin Heck je laat kijken, maakt je er beslist niet mooier op.
Artists Anonymous
De kunstenaars van Artists Anonymous houden wel van shockeren. In SIGN nagelen ze Jezus als een pinokkio aan het kruis. De verlosser wordt eindelijk ontmaskerd als de leugenaar die hij is. Het kruis is gemaakt van blauwe, rode en gele neonbuisjes. Primaire kleuren die samengebald het heilige witte licht vormen. Artists Anonymous zorgt met de lichtshow tegelijk voor een waar spektakel, en reflecteert daarmee op onze zucht naar spanning en sensatie.

(english)

Stephan Balleux
Painter Stephan Balleux (1984, Brussels, B) is working with photography and 3D-techniques as well. It’s painting that’s always in the middle though. First by citing art-history in both form (the tondo-painting from the Renaissance) and content (the vanitas skull). Besides that the art of painting is also present literally: paint is the painters material but also painted matter and a study-object in his 3D work. This results in humoristic but sometimes disturbing images too, like for instance the painted ‘paint-heads’ that almost appear like flesh or a boy-figure that apart from its ‘mutilated’ face is pictured normal. ‘The Portrait´ (2007) shows Dorian Gray in front of his portrait. Gray, the main character from a novel by Oscar Wilde, stays young forever while his portrait shows his true age and infirmities.
Sascha Weidner
The photograph ‘Heilige Maria II (Holy Mary II) (2005) by Sascha Weidner (1976, Osnabrück, D)
raises a lot of questions. Is it a coincidence that the jacket thrown on top of the lamp takes the shape of Mary? Where was this photo taken? And does the II from the title refer to the saint, to a previous work or is it an explicit reference to the countless appearances of Mary? Weidner twists reality in his photographs of persons and objects from his environment – sometimes by coincidence, sometimes by setting. Not by using photoshop or other techniques but by putting photo’s from his archive next to each other or adding a significant title. It’s for the visitor to give new meanings and stories to the known images.
The big canvases by Norbert Bisky (1970, Leipzig, D) are populated by beautiful, young boys in sweet fantasy-worlds. It’s the imagery of Eastern Germany where Bisky grew up. As a child he experienced the GDR-era as a nice period but later he noticed that the values and rules of this society were deceiving. Therefore Bisky mixes the sweet imagery of GDR-propaganda with excesses of sexuality and violence.
Michael Aerts
Obelisks made of flight-cases (normally used to transport musical instruments) and torsos of fallen rulers which were lifted on their pedestal again. Michael Aerts (1979, B) alluded not only to protection of culture and spreading of power during his last year exhibition in the Flemish Cultural Centre De Brakke Grond (Amsterdam) but at the same time made a convincing plea for reassessment of Western culture and its symbols. Opposite to the rich culture of early days Aerts placed the empty SM-culture of today. The message: as we were brought to ecstasy by art and religion previously, now we´re after physical pleasure. In De Brakke Grond hedonism was wrapped in a compelling scenography of light and smoke. In Sign Aerts shows BOX 1: an obelisk placed on a flight-case. While these kind of monuments usually are meant for a specific location, the memorial of Aerts is mobile: it can be transported any given moment.
Léopold Rabus
In the strange, cartoon-like paintings of Léopold Rabus the landscape where he grew up, in the surroundings of Neuchâtel (Switzerland) plays an important part. Rabus takes local habits and traditions of his fellow villagers as a starting point and next he lets the world bolt. Hunting parties end up in orgies of violence, a young girl is felt behind a dark barn and childrens parties lead to outrageous sex. If you realise yourself Rabus pictures his fellow villagers and the scenes take place against the background of the surrounding he grew up in, you almost start to ask yourself what’s behind all this.
Kati Heck
“Ich weiß nichts von Geschichte, ick kenne nur Geschichten” (I know nothing about history, I only know stories). This is a typical quote of Kati Heck (1979, Düsseldorf, D) who comments actuality ironically with her artworks. The ideal of Enlightment is put away on ice foregood: the human being is not a civilised creature at all but an uncontrollable lump of meat (Heck often paints him as a sausage) who lets himself to be seduced by lusts and fears. He is lonely, wastes his time on sex, drinking beer and games of poker. The mirror Heck lets you look at, doesn´t make you prettier by no means.
Artists Anonymous
The artists of Artists Anonymous like to shock. In SIGN they nail Jesus like a Pinokkio to the cross. The Saviour finally unmasked as the liar he is. The cross is made out of blue, red and yellow neon-tubes. Primary colours which compressed shine the holy white light. Arists Anonymous at the same time provides with the light-show a spectacle and reflects on our desire for excitement and sensation.
Joris van de Moortel
In his work Joris van de Moortel (1983, Ghent, B) transforms parts of his studio into autonomous sculptures. Often the door functions like a gateway and that way becomes the symbol for whether or not having or getting access to the thoughts of the artist. In SIGN Van de Moortel shows the installation `It´s Burning`, a model of a burnt down space. This time Van de Moortel has opened the door wide and invites the visitor to cast a glance inside. The video-projection on the wall shows the devastation that has taken place.
Jana Gunstheimer
By the mouth of the fictitious organisation Nova Porta Jana Gunstheimer (1974, Zwickau, D) criticises the individualisation of society. At the same time Gunstheimerts work is a persiflage on bureaucracy and governmental interference: on the Nova Porta web-site it´s to be read that Gunstheimer observes people in a reserve who were diagnosed PWSF (people without a social function). The work ´Fanny´ consists of a number of documents and a few aquarelles that remind of photographs of a crime-scene. The images and the texts are the silent witnesses of the sad fate of a PWSF-victim.
Léon Vranken
`Never mind the steps´. In fact this is a deceptive title. As a visitor you have to watch very carefully where you walk. Before you´ll notice you bump your head in the gallery against the thin, steel tube which pushes the balloon-form against the ceiling. Imagination is under pressure in the hands of Léon Vranken (1975, Maaseik, B). One wrong movement and the art-work will explode.
Veronica Brovall
Swedish artist Veronica Brovall (1975, Falun) reflects with the collage-series ‘Essen, Essen, Essen’ (2005-2007) on greed and gluttony of our contemporary society. In the collage shown in SIGN an eye with teeth just swallowed a car. It already yearns for the next car that is chopped to pieces ready to eat.
Adam Leech
Leech’s (1973, San Diego, USA) film “Speech Bubble” (2008) is inspired by the bankruptcy of the eminent Belgium speech recognition centre Lernout & Hauspie. The main character tries to explain the consequences of the bankruptcy as well personal as social. In spite the enthusiasm he’s telling his story, the funny voices he uses, the speech express profound loneliness. Leech particularly is interested in the failure of economic institutions and companies and the psychological aftermath for people
Anneke Eussen
Anneke Eussen (1978, Kerkrade, Nl) makes photographs, objects and drawing. Girls-figures not seldom play an important role. The series of drawings Paper Warriors (2007) is no exception. In this case the ‘paper warriors’ are five girls and a boy that look like pagan gods with their animal props (birds, a deer or a dog). In underwear or half naked they stare at you, warlike, seductive or rather close to shyness. The children have adapted their role and character from adults: the contrast couldn’t be much bigger.
Frederik van Simaey
The art of Frederik van Simaey (1979, Kortrijk, B) lets itself read like poetry. The flag attached to the outer façade of SIGN will hardly be noticed by most people. The shape merely causes a little wrinkle on the surface. Playfully the pillow cover will be moved gently by the wind. Van Simaey appears to state that art is not an autonomous fact but can function only if there is a relation with the surrounding world. Wind has to get under the ‘parachute’. Only after that art will take a flight.

Lijst werken Young Collectors # 2
JoMo ART Collection

1. Adam Leech (1973) USA, Speech Bubble, 2008, DVD edition 3/3
2. Anneke Eussen (1979) NL, Paper Warrior 1, 2007, Drawing: color pencil on paper, 150 x 88 x 7 cm
3. Leopold Rabus (1977) Switserland, untitled, 2007, mixed media: oilpainting on board and hairsculpture in deep wooden frame
4. Jana Gunstheimer (1974) DE, Fanny, 2008, installation, watercolour, wood, spikes, 100 x 210 cm.
5. Joris van Moortel (1983) BE, It’s burning, 2009, Mixed media + DVD (unicum), 115 x 55 x 140 cm
6. Kati Heck (1979) DE , Geile retteridee fur hirngespinnst, 2004, drawing: pencil, ink and oil on pink coloured paper, 60 x 84
7. Leon Vranken (1979) BE, Never mind the steps, 2006, sculpture: polyester, iron pile (edition 3/3)
8. Artist Anonymous DE, Pinocchio, 2009, Mixed media, 270 x275 cm
9. Michael Aerts (1979) BE, Mobile Monuments Box 1, 2007, Sculpture: wood, imitation leather, aluminium, polyester, enamel, 177 x 50 x 50 cm.
10. Norbert Bisky (1970) DE, Al Fondo, 2005, oil on canvas, 100 x 130 cm.
11. Sascha Weidner (1976) DE, Heilige Maria II, 2005, Photography: C-print + Diasec, 100 x 100 cm.
12. Stephan Balleux (1974) BE, The portrait, 2007, oil on canvas, 200 x 300 cm.
13. Veronica Brovall (1975) Sweden, Essen, essen, essen, 2006, collage on paper
14. Frederik Van Simaey (1979) BE, Parachute, 2007, pillow shaped flag in banner material, edition 1/2

INTERVIEW MET JOHAN DELCOUR EN MONIA WARNEZ, VAN DE JoMo ART COLLECTION.

Wanneer zijn jullie begonnen met het verzamelen van hedendaagse kunst?
“In 2002 waren we op zoek naar een vorm van decoratie voor ons nieuwe appartement. We hebben er altijd van gehouden om dingen rond ons te hebben met een bepaald verhaal of karakter. Tijdens onze zwerftochten langs Vlaamse dorpen en steden, waar we ook altijd aandacht hadden voor mooie gebouwen, belandden we zo ook nu en dan eens in een kunsttentoonstelling of galerie van regionale kunstenaars. Kunst was voor ons niet meer dan een vorm van betere decoratie, tot we op een dag een verassend gesprek hadden met iemand die het met ons had over de verschillende en de dieperliggende kwaliteiten van kunst en dat je die enkel kan ontdekken door veel te zien en vooral goed te kijken. Geërgerd door ons tekort en gefascineerd door dit gesprek besloten we de volgende zondag een bezoek te brengen aan het BOZAR te Brussel. We waren in het departement van de twintigste eeuw beland en hadden ons zelf een opdracht opgelegd, om te ontdekken, te leren van het hoe en waarom. Vele zaken waren voor ons vreemd, onlogisch, onbegrijpbaar en soms niet eens mooi.
De schilderkunst van de eerste helft van de twintigste eeuw kon ons wel bekoren en onze eerste liefde ging dan ook uit naar de Latemse schilders, Rik Wouters en het vroege werk van Ensor. Pas veel later hebben we beetje bij beetje hedendaagse kunst leren appreciëren.
Onze eerste aankoop was een abstract schilderij van een Spaanse kunstenaar in 2003, een krachtig explosief werk, waar we héél erg trots op waren. We maakten echter een heel erg snelle evolutie mee in onze ontdekkingstocht en vandaag kunnen we stellen dat onze collectie eigenlijk pas echt gestart is in 2005. ‘Künstler bei der arbeit’ (2006), een doek van de Berlijnse kunstenaar Norbert Bisky, is voor ons het eigenlijke begin van de collectie zoals ze nu is.”

Welk kunstwerk is het meest karakteristiek voor jullie collectie, en waarom?
“Ik denk dat we niet kunnen zeggen dat het ene werk meer of minder karakteristiek is. Je moet een collectie opbouwen zien als het bouwen van een huis : iedere steen, iedere dakpan, raam, vloer, deuropening, elektriciteitsdraad is belangrijk, zelfs de deurbel en de brievenbus.”

Jullie verzamelen samen. zijn jullie het altijd met elkaar eens?
“Eens we overgaan tot een aankoop, zijn we het honderd procent met elkaar eens. Soms niet altijd om precies de zelfde reden, maar in de kern komt het altijd op het zelfde neer. In het verleden hebben we nog weleens de fout gemaakt om iets aan te kopen waar maar één van ons beiden van overtuigd was. Achteraf zijn dat de mindere werken gebleken, ook voor diegene, die toen dacht dat het wel OK was. Heel dikwijls zijn we samen snel overtuigd van een bepaalde kunstenaar, soms heeft de één meer tijd nodig dan de ander om in een oeuvre of concept te komen, en soms blijven we een andere visie hebben. Hoe het ook uitdraait, het interessante is dat we constant converseren, waardoor we heel veel van elkaar opsteken.”

Kunnen jullie drie redenen geven waarom jullie over zouden gaan tot de aanschaf van een specifiek kunstwerk?
“Het gaat in de eerste plaats om het concept van de kunstenaar, daar moeten we ons volledig in kunnen vinden, de energie voelen, het moet knetteren. High Voltage. Voordat we een werk van iemand aanschaffen, proberen we hem minstens een jaar, tot twee jaar te volgen. Het komt er op neer om het juiste werk uit het grotere geheel te halen, dat dan ook nog eens bij ons als mens past. Onze collectie bestaat enkel uit kunstenaars van onze leeftijd en iets jonger. We voelen deze mensen het beste aan, omdat zij zich ongeveer in het zelfde levensproces bevinden als wijzelf, met de zelfde twijfels en confrontaties.”

Hoe zou je jullie verzameling omschrijven?
“Toen we deze tentoonstelling samenstelden, zijn we er weer eens van geschrokken, hoe persoonlijk de werken eigenlijk wel gekozen zijn, hoe veel die werken ook over ons vertellen. Veel kunst is levensbeschouwelijk. Ook de dubbele toon is zeer relevant. Soms lijkt het nogal cynisch, maar vaak is het werk doorspekt met
humor om alles te relativeren”

Van welke kunstenaars hangt bij jullie thuis werk aan de muur? (verandert die opstelling ook?)
“Het is niet altijd mogelijk om alles en iedereen op te hangen of te plaatsen. De opstelling wisselt ook heel regelmatig. Alhoewel het ene werk meer z’n plaats heeft verworven dan het andere, verdienen ze allen hun
plaats.”

Op welke ontdekking (als het gaat om kunstenaars) ben je het meest trots?
“We zijn op allemaal even trots en allemaal zijn ze op hun manier een toegevoegde waarde aan de collectie en vooral aan ons leven.”

Hoe belangrijk is het voor jullie om een vriendschappelijke relatie te onderhouden met de kunstenaars van wie je werk koopt?
“Het is in principe geen must om met de kunstenaar bevriend te zijn, maar een persoonlijk contact met de kunstenaar is leuk omdat je dan van gedachten kunt wisselen en zo tot nieuwe inzichten komt. Het is eerder toevallig dat we met de meeste van de kunstenaars in onze collectie ook een goede band hebben en daardoor ook ander kanten van het werk leren kennen.”

Stellen jullie jezelf een limiet aan het aantal werken dat jullie kopen van één bepaalde kunstenaar?
“Neen.”

Kun je iets vertellen over jullie verzamelstrategie?
“Van een echte strategie is geen sprake. Belangrijk is om zeer veel te gaan kijken en te vergelijken, jezelf vragen te stellen bij het werk en daar voor jezelf een eerlijk antwoord op te vinden. Los van alle recensies en besprekingen een eigen formulering of gedachtegang creëren en datgene eruit pikken waardoor je écht geraakt wordt.”

Wat is de grootste fout die jullie als verzamelaar hebben gemaakt en wat is het grootste succesverhaal?
“Eigenlijk kun je geen fouten maken als je voor jezelf eerlijke keuzes maakt. Het is natuurlijk wel zo dat je als mens en dus ook als collectioneur een evolutie doormaakt, waardoor sommige eerdere keuzes nu misschien anders zouden zijn.”

Hoe bepalen jullie welke werken je wilt verkopen en wanneer je ze wilt verkopen?
“Met het verstrijken van jaren, ga je langzamerhand een beter inzicht krijgen in het aanbod en ga je beter aanvoelen naar waar je precies op zoek bent. Je kan zeer enthousiast zijn over een werk, tot het moment dat je ontdekt dat andere kunstenaars beter werk hebben gemaakt over dezelfde thematiek. Dit gaat het enthousiasme voor dit ene werk sterk afzwakken. Wij hebben er desondanks geen moeite mee om werken die ons niet meer kunnen roeren, langer te houden.”

Hoe belangrijk is het voor jullie als verzamelaar om deel uit te maken van een sociaal netwerk?
“Als je regelmatig musea, tentoonstellingen en galeries bezoekt, loop je altijd kunstenaars, curatoren, critici, galeriehouders, verzamelaars en andere art-lovers tegen het lijf. Met de een zal je een intensere relatie opbouwen dan met de ander. We zijn nu ook voor het tweede jaar op rij lid van ‘Jong MDD’ (Museum dHondt -Dhaenens is een ambitieus hedendaags kunstencentrum in Deurle, gegroeid vanuit een privécollectie). Het museum is een bruisend vat, vol met talrijke interessante ontmoetingen.”

In welke zin is jullie verzameling gedurende de jaren veranderd?
“Voor ons is de verzameling een coherenter geheel geworden.”

Wat merken jullie als verzamelaars van de economische crisis?
“Misschien is de economische crisis er op een goed moment gekomen, prijzen begonnen echt de pan uit te swingen, jonge kunstenaars van nog geen 30 jaar oud haalden prijzen om van te duizelen. Nu is alles misschien weer een beetje ‘back to reality’ gedraaid. Alhoewel verzamelen voor ons nog steeds een zeer dure aangelegenheid blijft waardoor we steeds héél selectief moeten zijn in de keuzes die we maken.”

Kun je iets zeggen over het verzamelaarsklimaat in Belgie?
“Er word gezegd dat België veel verzamelaars kent, vooral in Brussel en West-Vlaanderen. Ik weet niet of het verzamelen in België veel verschilt van andere West-Europese landen, en sta daar ook niet bij stil.”

Tot slot, heb je nog advies voor beginnende verzamelaars?
“Véél gaan bekijken, openstaan voor nieuwe dingen, in dialoog gaan met andere mensen, met de kunstenaars,…maar vooral je EIGEN conclusies trekken en je EIGEN ding doen !”