TENMINSTEHOUDBAARTOT Maarten Kastelijns, Kor Smeenge & Heiner S. Behrends, Joost Benthem

TENMINSTEHOUDBAARTOT
5 april t/m 13 april 2003:

TENMINSTEHOUDBAARTOT: is de titel van de tentoonstelling die op zaterdag 5 april in galerie Sign wordt geopend. Vier jonge kunstenaars hanteren sterk uiteenlopende technieken om op nieuwe wijze vorm te geven aan onderwerpen die al langer een geliefd doelwit vormen voor de verbeelding; vergankelijkheid, bederf en ontbinding.
“Het Protocol” is een performance van Maarten Kastelijns waarin de kille waanzin van de doodstraf indringend wordt getoond middels de executie van een augurk.
In “Entropian Refrigerators” van Kor Smeenge en Heiner S. Behrends wordt de functie van de koelkast op een absurde manier verdraaid. Zodra de toeschouwer de koelkast opent wordt hij dader en getuige van het vergaan van diens inhoud.
“Attack!” is een interactieve installatie van Joost Benthem waarin het spanningsveld tussen vies en lekker afgetast wordt; van sexy naar ranzig en terug.

TENMINSTEHOUDBAARTOT: is een tiendaags initiatief van kunstenaars en galerie en zal dagelijks te bezoeken zijn van 13.00 tot 18.00. Uitvoeringen van “Het Protocol” van Maarten Kastelijns vinden plaats op zaterdag 5 april om 16.00 uur en op zondag 6 tot en met zaterdag 12 april om 20.00. In verband met beperkte tribune is het wenselijk tijdig te reserveren onder 06-11471810.

“Entropian Refrigerators” : Kor Smeenge , Heiner S. Behrends

‘Entropian Refrigerators’ is een interactieve ruimtelijke installatie bedacht en uitgevoerd door Kor Smeenge en Heiner S. Behrends. Een eerste ruimtelijke presentatie is reeds tot stand gekomen. Het is de bedoeling om de installatie verder te ontwikkelen en uit te breiden.
‘Ashes to ashes, dust to dust’ is een van de bekendste citaten uit de bijbel. Het heeft dan ook een onderwerp dat je zeker ‘existentieel’ kunt noemen: vergankelijkheid.
Het is een van de wetten van het leven dat alles en iedereen dood moet en het stoffelijke overschot in de aarde wegrot.
En het is een oude droom van de mens om deze natuurwet te omzeilen en om het eeuwige proces van entropie stop te zetten of te vertragen. Dankzij de moderne wetenschappen zijn we een heel eind op weg. Zo worden er lijken diep gevroren om op het moment dat de vergankelijkheid overwonnen is weer tot leven gewekt te worden, in een soort toekomstparadijs waar je eeuwig leeft.
Het zal nog wel een tijdje duren voor het zo ver is, en nog worden wij allemaal elke dag ouder. Nog is het besef van de vergankelijkheid van het leven een van de elementaire menselijke gevoelens.
De vorm van de installatie is heel duidelijk gerelateerd aan deze inhoudelijke uitgangspunten.
Koelkasten staan centraal in de installatie. Ze staan symbool voor het streven tegen de vergankelijkheid. Dit beeld wordt versterkt door de vormgeving van de ruimte waarin de koelkast staat. De algemene indruk van kunstmatigheid wordt benadrukt door het extreme licht.
De koelkasten zijn zodanig veranderd dat de beschouwer, als hij de deur van de koelkast opent een hoofd van ongebakken porselein ziet. Meteen begint er water over het hoofd te stromen. Door het water begint het porselein te desintegreren. Het proces van het verval dat tegelijk mooi en luguber is, is het eigenlijke kunstwerk: het poppenhoofd is alleen te zien als het vergaat. Het is aan de beschouwer om het verval te stoppen door de deur van de koelkast weer te sluiten. Deze interactiviteit is de kern van de installatie: de beschouwer wordt door zelf te moeten handelen heel direct met de vergankelijkheid geconfronteerd.

Attack: Hoost Benthem

Trashique (ReadyUsedCulture) is de noemer waaronder ik mijn ideeën verzamel en vorm geef. Mijn beginpunt is het leven en haar schijnbare onlogica, de onmacht der gewoonte. De zwakte van mens en de kracht van natuur. Met een scheef oog probeer ik de werkelijkheid te aanschouwen en te verbeelden in een taal die herkenning én verstrooiing zoekt.
Eerdere projecten van Trashique zijn onder andere de realisatie van een tijdelijk sculptuur in Groningen bestaande uit ongeveer 4500 sigarettenpeuken (Hilarious Habits #1/2001), een sculptuur bestaande uit 3000 bubblegums in Mexico City (The Sticky Project/2002) en de interactieve installaties “Dead Nature” (2001) en “Attack” (2003) die op verschillende plekken te zien zijn geweest en zullen zijn.

Ik hou niet van de vuilnis buiten zetten, maar heb iets met afval en afvalligen; met het proces van iets of iemand dat zijn economische waarde verliest en als waardeloos wordt bestempeld, zelfs wordt omringd door een notoire zweem van goorheid. Een zwak voor producten die “op” zijn. Uitpoepsels van de consumptiemaatschappij. Het spanningsveld tussen vies en lekker. Chique en obsceen. Gelikt en gelebberd. De roes en de kater.
In Galerie Sign zal ik een vernieuwde versie laten zien van het werk “Attack!”, dat in januari te zien was op mijn eindexamententoonstelling in Academie Minerva. Attack! is een computerbeeld dat door sensoren wordt aangestuurd. Het is een time-lapse opname van een gestileerd rottingsproces dat reageert op de aanwezigheid van beschouwers en op heldere wijze verwarring probeert te stichten.

Het ProtoCol: Maarten Kastelijns

‘Het ProtoCol’ is een performance rond de executie van een augurk (voor twee cipiers J en W, en tien getuigen / publiek) en is bedacht en ontwikkeld door Maarten Kastelijns in de periode mei/juni 2002. De opleving van de discussie omtrent de doodstraf, de behoefte aan verdieping en verfijning van de performance en het gebrek aan goede documentatie van het project zijn de belangrijkste redenen voor een herneming van ‘Het ProtoCol’.

De executie
Het Amerikaanse executie-model ligt ten grondslag aan ‘Het ProtoCol’, waarbij de veroordeelde wordt vervangen door een augurk. Hierdoor worden oorzaak en gevolg (delict versus straf) ontkoppeld, en is de executie eerder een aanname dan een bewust gevolg van de begane misdaad. We weten niet waarom de augurk wordt gestraft, maar wel dat hij wordt gestraft.
Deze absurditeit wordt bijgestaan door het feit dat ‘Het ProtoCol’ zwaar onderhevig is aan een groot aantal ‘spelregels’. Elke handeling is van te voren nauwkeurig vastgelegd in een draaiboek. Alle mogelijke voorvallen zijn voorzien, niets wordt aan het toeval overgelaten. De toeschouwer krijgt daardoor het idee in een bureaucratisch systeem terecht te zijn gekomen, waar men zelf geen grip op heeft. Een klinische en functionele vormgeving versterkt deze afstandelijkheid.
‘Het ProtoCol’ verklaart niets, geeft geen oplossingen, maar is eerder een confrontatie met een fenomeen.

-J komt op, W erachteraan met karretje
-J neemt weerstandmeter van karretje en checkt de installatie kort, maar grondig
-W volgt zijn handelingen nauwkeurig
-J concludeert dat alles in orde is en geeft bevestigingsteken aan W-
-W installeert de augurk tussen de twee vorken
-J volgt zijn handelingen nauwkeurig en veegt eventueel zijn handen af
-W concludeert dat alles is orde is en geeft bevestigingsteken aan J
-J checkt de installatie van de augurk / W veegt handen af
-J en W bevestigen elkaar

De getuigen
Buiten dit is het traject van de bezoeker een belangrijke kwestie. De bezoekers krijgen van te voren een oproepkaart thuis gestuurd, met de mededeling te komen getuigen bij ‘Het ProtoCol’. Zij worden dan op lokatie ontvangen en dienen de oproepkaart en een legitimatiebewijs mee te nemen. Per executie worden 10 mensen binnengelaten. Na inschrijving krijgt men een kop koffie aangeboden in de wachtkamer. Aldaar wordt kort uitgelegd wat er van hen wordt verwacht en vervolgens krijgt men toestemming de executieruimte te betreden.