SIGN TO EUTOPIA Birgit Graschopf, Wouter Osterholt, Elke Uitentuis

SIGN TO EUTOPIA

(zie ook andere Sign to Eutopia events)

Sign to Eutopia (1 augustus t/m 24 september 2006) was een residentieproject bedacht, ontwikkeld en georganiseerd door de kunstenaars Elke Uitentuis en Wouter Osterholt en daarna i.s.m. Sign verder gerealiseerd.
Het doel van de residentie was om onderzoek te doen naar de mogelijkheid om functionele plekken in de stad te veranderen in plekken met een andere betekenis. In de betreffende periode is de infrastructurele omgeving van Groningen gebruikt als decor voor b.v. performatieve installaties, ingrepen in de publieke ruimte en sociale interventies

Birgit Graschopf (1979, Wenen, Oostenrijk)
Algemeen: Graschopf woont en werkt in Wenen. In haar foto’s en performances houdt ze zich veelal bezig met het sociale gedrag van de mens in de openbare ruimte. Zij reflecteert het uniforme gedrag van de massa op een poëtische manier. Zij verbindt de rigide elementen met een imaginair vermogen en zo transformeert zij de regie in de openbare ruimte. Haar transformaties zijn associatief, verfijnd en menselijk.

Geïnspireerd o.a. door een eerder project in Sign: ‘Tentaobscura’ van Kor Smeenge en Emi Kodama (Noorderlicht 2005) en haar eigen statische fotogrammen in gebouwen heeft ze uiteindelijk ‘Dancing Pictures’ ontwikkeld. Graschopf wilde mensen direct betrekken in haar project en hun bewegingen in de publieke ruimte vastleggen. Daarvoor heeft ze naar geschikte plekken gezocht in woonwijken waar ze op een buitenmuur een fotogram kon aanbrengen.
Op de hoek van Oosterweg/ Polderstraat (Oosterpoort) vond ze een huiseigenaar die toestemming gaf om een zijgevel voor haar project te gebruiken Een container fungeerde als dansgelegenheid en als donkere kamer. Deze werd op de invalidenparkeerplaats met open deuren tegen de muur aangezet. Een paar telefoontjes met de Gemeente zorgde voor het gedogen van dit project op deze plaats. Ook kreeg zij een gratis container ter beschikking via de organisatie van Noorderzon.
In de container werd een ingang geflexd, binnen werd de betreffende muur voorzien van een foto-emulsie.
Vrijdag 25 augustus vanaf 20.00 uur werden mensen uitgenodigd om te feesten en te dansen in de container. Elektriciteit kreeg zij van de huiseigenaar.
Door korte belichtingen werden deels de bewegingen van de mensen fotografisch vastgelegd op de muur. Na afloop van het feestje werd onmiddellijk ter plekke m.b.v. de benodigde chemicaliën in plantenspuiten het fotogram ontwikkeld en gefixeerd.
Daarna werd de container verwijderd. Het beeld op de muur toonde een gecomprimeerde impressie van het feestje. Samenstellingen van lichaamsdelen, van heel realistische contouren tot geabstraheerde delen waren en zijn nog steeds te zien. Gedurende de residentie heeft ze haar volgende project “Cocooning Performance” voorbereid en die later in Wenen uitgevoerd.
Tijdens de documentatie-tentoonstelling 9 t/m 24 september heeft zij een film getoond van de voorbereidingen en uitvoering van “Dancing Pictures”

Wouter Osterholt (1979, Leiden NL).
Onderzoekt verschillende aspecten van de ruimte en specifieke eigenschappen van een bepaalde context. Hij brengt tijdelijke veranderingen aan, die eigenschappen van een locatie versterken en beïnvloeden De werken stellen vragen bij de ervaringen t.a.v. authenticiteit, betekenis, tijdsbeleving en ruimtelijkheid van een plek. Door bepaalde eigenschappen gaan zij een eigen verhaal vertellen.

Elke Uitentuis (1977, Sneek NL)
Houdt zich in haar werk bezig met de verhouding tussen mensen onderling. Zij is vooral geïnteresseerd in de verhouding tussen gedragingen van de massa en de meer persoonlijke gedachtenwereld. Zij probeert motieven van de menselijke keuzes te ontrafelen. Door een overduidelijke regie toont zij de onmogelijkheid van de controle over persoonlijke intenties Haar werk kenmerkt zich door meerduidigheid en stelt vragen bij het individualisme.

Performance ‘My home is your castle’ 2 t/m 6 september 2006 De Held Leegeweg Groningen.
Tijdens de verkenningsfase bezochten Elke Uitentuis en Wouter Osterholt verschillende locaties waar mensen op woonboten en in trailerparken leefden vaak door henzelf gebouwd of herbouwd.
Ze interviewden deze mensen en stelden vragen over hoe zij hun verblijven hadden ontworpen en geconstrueerd. Naast de pragmatische antwoorden leverde het ook inzicht in hun leven en dagelijkse routine. Tijdens hun bezoeken aan deze alternatieve woonvormen kregen zij waardering voor de energie en het vrijheidsgevoel dat sprak uit de omgeving en de levenswijze van de bewoners. Osterholt en Uitentuis vinden dergelijke woonvormen van belang voor de diversiteit van de stad en geeft een diepere gelaagdheid in de stadsomgeving
Met hun project wilden zij de mogelijkheid visualiseren om je eigen wereld direct en fysiek te creëren in een omgeving waar dit uitzonderlijk is.
Als contrast met de individuele uiting zochten zij een plek in een nieuwe wijk waar de huizen door projectontwikkelaars gebouwd zijn en sprake is van seriële architectuur.

Zonder ontwerptekening construeerden zij in twee weken tijd een woonboot van ca. 2 x 4 meter, opgebouwd uit verzamelde, gebruikte materialen. Na voltooiing werd deze met een kraanauto getransporteerd naar de betreffende plek en aldaar te water gelaten.
Dit betrof een kunstmatige vijver zonder verbinding met open water, omgeven door nieuwbouwhuizen en straten. Gedurende 4 etmalen verbleven zij aan boord als het ware in een arena temidden van omwonenden en ging hun project in zijn functie en betekenis een verhouding aan met het leven in een dergelijke wijk.

De aanwezigheid van de boot in de vijver maakten mensen nieuwsgierig. Wouter en Elke’s eerste gedachte was dat ze met deze actie de publieke ruimte betraden. Echter geleidelijk werden ze geconfronteerd met de semi-private atmosfeer. De afstand tot de omwonenden leek klein; ze werden voortdurend in de gaten gehouden van achter gordijnen, vanaf balkons, tuinen en omringende straat en tegelijkertijd was deze groot omdat ze in het midden van de vijver lagen.
Ze balanceerden op de grens van privaat en publiek ruimte. Het oorspronkelijke idee van een sculptuur met een autonome kwaliteit transformeerde in een sociale performance over voyeurisme.
Na de eerste dag bemerkten ze dat ze enige opwinding veroorzaakten in de vredige buurt waar nooit wat uitzonderlijks gebeurde. Plotseling was daar een nieuwe factor in de omgeving n.l: twee mensen die op een kleine primitieve woonboot probeerden te leven. Behalve het elkaar observeren, was er soms communicatie. Gevraagd werd naar b.v. hoe lang ze in de vijver willen blijven, hoe ze daar terecht waren gekomen waren en hoe ze onder deze eenvoudige omstandigheden konden leven. Er waren vragen over voedsel, toilet en sommigen konden zich niet voorstellen hoe zij zonder elektriciteit konden leven.Er waren ook mensen die hen hielpen toen stormachtig weer hen naar de oever had gedreven
Gedurende 4 dagen werden zij in deze semi-private ruimte geaccepteerd.
Was dit om dit een absurde performance was of konden ze deze opwinding in hun rustige wijk wel waarderen?
Dit leverde veel vragen van beide kanten op. Er werden weinig antwoorden gegeven maar wel nieuwe mogelijkheden.
Op de documentatie-tentoonstelling 9 t/m 24 september toonden zij een film van hun verblijf wat een indruk gaf van het kijken en bekeken worden. Verder een mooie fotoserie die duidelijk de verhouding aangaf van hun woonboot ten opzichte van de huizen.
Het bootje is later hergebruikt als honk/balie, terug naar af, op een alternatieve woonplek.